Al-Mursalat

  1. Home
  2. Translation
  3. Dutch: Sofian S. Siregar
Change Language
Change Surah
Change Recitation

Dutch: Sofian S. Siregar

 Play All
# Translation Ayah
1 Bij de met goedheid uitgezondenen. وَالْمُرْسَلَاتِ عُرْفًا
2 Bij de met spoed voortspoedenden. فَالْعَاصِفَاتِ عَصْفًا
3 En bij de verspreid verspreidenden. وَالنَّاشِرَاتِ نَشْرًا
4 Bij de scheidend scheidenden. فَالْفَارِقَاتِ فَرْقًا
5 Bij de doorgevenden van de Vermaning. فَالْمُلْقِيَاتِ ذِكْرًا
6 Als een afwijzing van verontschuldigingen of als een waarschuwing. عُذْرًا أَوْ نُذْرًا
7 Voorwaar, wat jullie is aangezegd, zal zeker gebeuren. إِنَّمَا تُوعَدُونَ لَوَاقِعٌ
8 Wanneer dan de sterren gedoofd worden. فَإِذَا النُّجُومُ طُمِسَتْ
9 En wanneer de hemel gespleten wordt. وَإِذَا السَّمَاء فُرِجَتْ
10 En wanneer de bergen verpulverd worden. وَإِذَا الْجِبَالُ نُسِفَتْ
11 En wanneer voor de Boodschappers de tijd vastgesteld is. وَإِذَا الرُّسُلُ أُقِّتَتْ
12 (Er wordt gezegd:) "Tot welke dag is er uitstel gegeven?" لِأَيِّ يَوْمٍ أُجِّلَتْ
13 Tot de Dag van de Beoordeling. لِيَوْمِ الْفَصْلِ
14 En wat doet jullie weten wat Dag van de Beoordeling is? وَمَا أَدْرَاكَ مَا يَوْمُ الْفَصْلِ
15 Wee die Dag de loochenaars! وَيْلٌ يَوْمَئِذٍ لِّلْمُكَذِّبِينَ
16 Hebben Wij de vroegeren niet vernietigd? أَلَمْ نُهْلِكِ الْأَوَّلِينَ
17 Waarna Wij hen deden opvolgen door de lateren? ثُمَّ نُتْبِعُهُمُ الْآخِرِينَ
18 Zo behandelen Wij de misdadigers. كَذَلِكَ نَفْعَلُ بِالْمُجْرِمِينَ
19 Wee die Dag de loochenaars! وَيْلٌ يَوْمَئِذٍ لِّلْمُكَذِّبِينَ
20 Hebben Wij jullie niet uit een onaanzienlijk water geschapen? أَلَمْ نَخْلُقكُّم مِّن مَّاء مَّهِينٍ
21 Toen plaatsten Wij het in een beschermende rustplaats. فَجَعَلْنَاهُ فِي قَرَارٍ مَّكِينٍ
22 Tot een bekend tijdstip. إِلَى قَدَرٍ مَّعْلُومٍ
23 Wij beschikten (erover) en Wij zijn de beste Beschikkers. فَقَدَرْنَا فَنِعْمَ الْقَادِرُونَ
24 Wee die Dag de loochenaars! وَيْلٌ يَوْمَئِذٍ لِّلْمُكَذِّبِينَ
25 Hebben Wij de aarde niet tot een plaats ven verzameling gemaakt? أَلَمْ نَجْعَلِ الْأَرْضَ كِفَاتًا
26 Zowel voor levenden en doden? أَحْيَاء وَأَمْوَاتًا
27 En Wij plaatsten daarop stevige bergen en Wij schonken jullie helder water. وَجَعَلْنَا فِيهَا رَوَاسِيَ شَامِخَاتٍ وَأَسْقَيْنَاكُم مَّاء فُرَاتًا
28 Wee die Dag de loochenaars! وَيْلٌ يوْمَئِذٍ لِّلْمُكَذِّبِينَ
29 Gaat naar dat wat jullie plachten to loochenen! انطَلِقُوا إِلَى مَا كُنتُم بِهِ تُكَذِّبُونَ
30 Gaat naar een schaduw (van rook) die drie kolommen heeft. انطَلِقُوا إِلَى ظِلٍّ ذِي ثَلَاثِ شُعَبٍ
31 Die geen schaduw geeft en die niet baat tegen het vlammende Vuur. لَا ظَلِيلٍ وَلَا يُغْنِي مِنَ اللَّهَبِ
32 Zij (de Hel) werpt vonken als kastelen. إِنَّهَا تَرْمِي بِشَرَرٍ كَالْقَصْرِ
33 Alsof zij gele kamelen waren. كَأَنَّهُ جِمَالَتٌ صُفْرٌ
34 Wee die Dag de loochenaars! وَيْلٌ يَوْمَئِذٍ لِّلْمُكَذِّبِينَ
35 Dit is een Dag waarop zij niet spreken. هَذَا يَوْمُ لَا يَنطِقُونَ
36 En er wordt hun niet toegestaan zich te verontschuldigen. وَلَا يُؤْذَنُ لَهُمْ فَيَعْتَذِرُونَ
37 Wee die Dag de loochenaars! وَيْلٌ يَوْمَئِذٍ لِّلْمُكَذِّبِينَ
38 Dit is de Dag van de Beoordeling, Wij verzamelen jullie en de vroegeren. هَذَا يَوْمُ الْفَصْلِ جَمَعْنَاكُمْ وَالْأَوَّلِينَ
39 Als jullie dan een list hebben, voert die dan uit. فَإِن كَانَ لَكُمْ كَيْدٌ فَكِيدُونِ
40 Wee die Dag de loochenaars! وَيْلٌ يَوْمَئِذٍ لِّلْمُكَذِّبِينَ
41 Voorwaar, de Moettaqôen verkeren in schaduwen en bij bronnen. إِنَّ الْمُتَّقِينَ فِي ظِلَالٍ وَعُيُونٍ
42 En er zijn vruchten die zij wensen. وَفَوَاكِهَ مِمَّا يَشْتَهُونَ
43 (Er wordt gezegd:) "Eet en drinkt smakelijk voor wat jullie plachten te verrichten." كُلُوا وَاشْرَبُوا هَنِيئًا بِمَا كُنتُمْ تَعْمَلُونَ
44 Voorwaar, zo belonen Wij de weldoeners. إِنَّا كَذَلِكَ نَجْزِي الْمُحْسِنينَ
45 Wee die Dag de loochenaars! وَيْلٌ يَوْمَئِذٍ لِّلْمُكَذِّبِينَ
46 Eet en geniet even: voorwaar, jullie zijn misdadigers. كُلُوا وَتَمَتَّعُوا قَلِيلًا إِنَّكُم مُّجْرِمُونَ
47 Wee die Dag de loochenaars! وَيْلٌ يَوْمَئِذٍ لِّلْمُكَذِّبِينَ
48 En wanneer er tot hen gezegd wordt: "Buigt jullie (in de shalât)," dan buigen zij niet. وَإِذَا قِيلَ لَهُمُ ارْكَعُوا لَا يَرْكَعُونَ
49 Wee die Dag de loochenaars! وَيْلٌ يَوْمَئِذٍ لِّلْمُكَذِّبِينَ
50 In welk Woord na hem (de Koran) zullen zij dan geloven? فَبِأَيِّ حَدِيثٍ بَعْدَهُ يُؤْمِنُونَ
Next Surah An-Nabaa
;